Historiek
De vroegste kerk van Huise zou dateren uit de late 9e eeuw. Volgens de overlevering zou de H. Adelhardus, abt van Corbie (+826), die waarschijnlijk geboren werd in Huise en wiens neoromaans standbeeld te bezichtigen is voor de kerk, de bouw van de kerk mogelijk gemaakt hebben dankzij zijn giften. Van deze kerk zijn evenwel geen restanten overgebleven.
In de late 13e eeuw werd een Romaanse kerk gebouwd, waarvan het transept nog bewaard bleef.
De kerk werd verschillende keren gerestaureerd, het meest ingrijpend in 1889 onder leiding van architect August van Assche, zodat ze er nu pseudo-romaans uitziet.
Het is een homogeen gebouw met een ruim driebeukig schip, geprononceerd transept met zware vieringtoren, kort presbyterium en klein vlak afgesloten koor.
Interieur
In 1903 werd het interieur van de kerk beschilderd door Coppejans. Na zware beschadigingen aan de schilderwerken tijdens Wereldoorlog II, werd het interieur overschilderd in 1980, zodat momenteel alleen nog de apostelen resten.
Het gotisch kruisribgewelf van de vieringtoren met de kraagstenen, die mensenhoofden in biddende houding voorstellen, dateert uit de 14e eeuw.
Mooie glasramen van de Gentse glazenier Gustave Ladon sieren de kerk. Er zijn grafstenen aanwezig van de 18e eeuw en een orgel van de bekende orgelbouwer P. Scheyven (einde 19e eeuw).
Bescherming
De kerk is sinds 1944 als monument beschermd.
Deze kerk is niet open, enkel op afspraak in het weekend.